Na onze tweede nacht in het mooie hutje, zijn we vroeg opgestaan. De wind was iets zwakker, en de regen ook. We konden ook zo nu en dan de bergen zien en geen grauwe waas meer. We vonden het wel jammer om nu de Lofoten al weer te verlaten, maar het weerbericht voorspelde niet heel veel beter dan gisteren. Via de ferry Lodingen-Bognes, die we vorige week ook in de regen hadden gedaan, moesten we terug. Toen we bij de ferry aan kwamen bleek de wind toch stevig te zijn. De boot ging behoorlijk tekeer, toen we het laatste stuk een bocht hadden gemaakt, ging het gelukkig veel rustiger.
We moesten weer over de E6, en onderweg stond daar weer een eland in een weitje. We stopten deze keer bij het Kobbelv Vertshus. Hier is een waterkrachtcentrale, een aantal meren is met een ondergronds gangenstelsel aan elkaar gelinkt. We hebben even gekeken, in de regen, en hebben binnen wat gedronken.
Onderweg wilden we een foto maken en reden een parkeerplek voor een tunnel op, waarna we op de oude weg kwamen, met nog een mooie wildkampeerplek erbij. Na de tunnel reden wij de hoofdweg weer op.
In de buurt van Bodo reden we de kustweg nr 17 op. Het eerste deel leek ons niet bekend, maar al snel zagen we toch bekende plekjes. En één daarvan was de Saltstraumen. En daar moest natuurlijk even gevist worden want het getij was goed. Eelco ving een grote pollack, die hij reserveerde voor onszelf. Daarna haalde hij er nog eentje uit, en gooide die terug in zee. Daarna ving hij er nog een aantal en een Duitse visser was verbaasd dat hij de vis had teruggegooid en vroeg of deze ook terug ging? Eelco was het wel van plan, maar zowel Fransen als de Duitser wilden de vis heel graag wilden hebben dus dan maar vis naar de Fransen en de Duitser. Hoe internationaal daar bij die Saltstraumen!
We hadden al een camping uitgezocht voor vannacht, de wind blijft zwak gelukkig, de regen is nog niet helemaal voorbij. Toen we camping Kjellingstraumen opreden hadden we een blauwe lucht. Tijdens het koken, druppelde de regen weer gezellig op ons net uitgespannen tarpje.