Vannacht was het tegen het vriespunt aan, het was weer oorverdovend stil, maar we hebben geslapen als (muskus)ossen. Toen we wakker werden scheen de zon op de tent, die zo lekker kon opdrogen. Ondertussen reed er best veel verkeer, en onderweg zagen we dat ze bezig waren met de gaten in de weg te egaliseren.
Op ons gemak ontbeten, tanden gepoetst met ijskoud water, en nog even wat foto’s gemaakt van onze tijdelijke achtertuin.
We reden verder de Peer Gynt weg, eerst op zoek naar iets warms te drinken, maar zowel Lauvasen als Fagerhoy waren stengt (gesloten). We zagen een geocache met wandeling naar Kantliknappen, en daar reden we toen maar naar toe. De cache lag boven op een berg, de wandeling er naar toe viel reuze mee. Onderaan kwamen we een klas tegen die de berg onder begeleiding en gezekerd recht omhoog aan het beklimmen was. We hoorden de juf zeggen dat ze het allemaal mochten proberen. Wat heerlijk om hier op school te zitten!
Bovenaan hadden we een prachtig uitzicht over Rondane, en aan de andere kant Jotunheimen. We wilden nog wel een stukje verder, dus volgden wij de rode T’s. Daarna gingen wij rechts een klein paadje in, maar dat stopte na een kwartiertje in een stuk moeras. We gingen terug, op eigen idee langs een meertje, en daarna pakten wij het pad van de T weer op. De natuur begint hier echt al te kleuren, en de bosbessen zijn nog steeds lekker.
Bij een uitzichtpunt hebben we wafels gebakken (type grov, niet meer doen das een soort brinta) en koffie en thee gezet. En toen moesten we echt richting het Zuiden. We reden de Peer Gyntweg af, verbaasden ons bij Skei over de skimogelijkheden en diversiteit aan hutten, appartementen en hotels.
We vonden op onze lijst met campings een kleine camping in Ringen. Ze hebben hier ook hele schattige oude hutten, en we zijn weer de enige gasten. Morgenochtend naar Goteborg voor de ferry naar Kiel. Zaterdag rijden we weer naar huis.